Algemene informatie over CONIFEREN
Algemene informatie over CONIFEREN
Coniferen
-
0,00€
- Excl. BTW:0,00€
|
Coniferen zijn meestal kegeldragende, groenblijvende winterharde gewassen. Juniperus en Taxus dragen echter geen kegels, wel bessen. Ze zijn over het algemeen goed winterhard en bestand tegen zeer strenge vorst, behoudens enkele soorten waarbij dit uitdrukkelijk vermeld wordt.
PLANTTIJDSTIP: Coniferen (indien niet in pot gekweekt) dienen verplant te worden als ze in rust zijn, dus vanaf oktober (bij voldoende vochtig weder), de ganse winter door bij vorstvrij weder, tot begin mei. Al onze coniferen uit volle grond werden regelmatig verplant en bezitten bijgevolg een goede aardkluit vol fijne vezelwortels, onmisbaar voor een goede hergroei der planten. Het gaaslinnen waarmee de kluit verpakt is wordt bij het planten niet verwijderd, soms wel losgemaakt wanneer het rond de stam is gebonden, maar dan nadat de plant reeds in het plantgat is geplaatst. In pot gekweekte coniferen kunnen echter zonder enig risico het ganse jaar door (bij vorstvrij weder) geplant worden; de pot dient uiteraard verwijderd te worden. Vooral haagconiferen, en alle dwergconiferen worden in pot aangeboden. Na het planten de grond licht tot stevig aandrukken, en vooral bij droog weder, overvloedig begieten is noodzakelijk.
SNOEI: Alle coniferen mogen gesnoeid worden indien dit nodig is om de vorm te verbeteren, de groei te beperken of om hagen te vormen. Alleen voor de Pinus - soorten is snoei weinig aan te bevelen. Het beste tijdstip om dit te doen is als ze in volle groei zijn, dus van juni tot augustus. Op een ander tijdstip snoeien, dus als de planten niet in volle groei zijn, is daarom niet echt nadelig voor de plant; men dient dan wel langer te wachten vooraleer de plant mooi terug ingegroeid is. Men lette er steeds op niet te diep te snoeien en steeds een gedeelte van het eenjarige hout op de plant te laten, daar overjarig hout nog moeilijk terug uitloopt.
AFMETINGEN: De uiteindelijke maximumhoogte van de meeste coniferen is moeilijk te voorzien en is zeer wisselvallig, en is in grote mate afhankelijk van de omstandigheden waarin de plant zich bevindt. Daar sommige soorten meer dan 1000 (!) jaar oud kunnen worden, en dus zolang ook min of meer in hoogte en omvang blijven toenemen, geven wij bij de kenmerken de te verwachten hoogte in meter op welke deze soort in ons land na 50 tot 100 jaar kan bereiken, indien ze ongesnoeid blijven.